De meeste maiskuilen zijn geanalyseerd, laat BLGG AgroXpertus weten. De gemiddelde kuil heeft dit jaar 999 VEM en 338 gram zetmeel per kg drogestof. BLGG AgroXpertus geeft aan nog nooit hogere gemiddelden te hebben gemeten.
Aan de basis van deze uitzonderlijke kwaliteit staan uiteraard de bijzonder goede weersomstandigheden van 2014. Het was een vroeg voorjaar met veel warmte en zon, maar ook met op tijd voldoende regen, zo meldt het laboratorium.
Potentie benut
De goede weersomstandigheden hebben volgens BLGG geleid tot een optimale beschikbaarheid van nutriënten vanuit de bodem en de toegediende bemesting. Iets wat ook zichtbaar is in de verhoogde P-gehalten die blijkt uit de snijmaiskuilanalyses van kuilen uit 2014.
Gerard Abbink, productmanager veehouderij bij BLGG, stelt dat de potentie van voedergewassen afgelopen teeltseizoen waarschijnlijk maximaal is benut door de optimale beschikbaarheid van de nutriënten.
Veredeling
De stijgende lijn in voederwaarde is uiteraard niet alleen afhankelijk van de weersomstandigheden. Ook de veredeling speelt een rol. Die is de laatste jaren sterk gericht op een hogere VEM-waarde. “Daar worden grote stappen in gezet”, stelt Abbink.
BLGG AgroXpertus merkt op dat de VEM-waarde sinds de eeuwwisseling een continu stijgende lijn laat zien.